Bouke vindt het geweldig om dieren te spotten. Met glunderende ogen: “Een tijdje terug zaten we met de boswachter twee uur lang in de regen en kou in een bootje. Toen zagen we negen reeën en dan is die regen helemaal niet erg meer.” Bouke gaat graag op avontuur in het gebied: “Otis woont op een boerderij. Die grenst aan de Weerribben. Met zijn tweeën hebben we een keer erg lang gekropen, met een verrekijker en een groen kleed over ons heen. We waren helemaal achter in het land en hielden ons heel stil. We hebben toen een stuk of twintig reeën gezien. Dat was echt heel erg bijzonder!”

Zoveel beestjes
Moerasgebied vind ik ook mooi. En trilveen. Met de club waren we daar een keer. De ene helft ging springen en de andere helft bleef staan. Je voelde de grond bewegen! We gingen een keer met een wit laken op de grond aan een struik schudden. Er waren zoveel beestjes! Dat was echt een verrassing. Toen had ik een spin die een pissebed en een lieveheersbeestje ging opeten. Een boomwants ging weer vechten met de spin. Er gebeurde van alles. Als je lang wacht en niks krijgt, heb je uiteindelijk vaak het meest. Eerst was ik verbaasd. Er waren zoveel beestjes op een tak. Daarna vond ik het gewoon heel leuk.”